Dorothea

Laïs

Al die wil horen een nieuw lied


Van wat er te Gent in 't Begijnhof is geschied


Van Dorothea een overschoone maagd


Die Gods vriendinne zeer hehaagd, die Gods vriendinne zeer behaagd





Het gebeurd' op een feestdag groot


Dat al die jonge nonnen moesten uitgaan om brood


En Dorothea ze wiste niet waar gaan


Ze is recht naar de edelmeesteres gegaan


Ooh Dorothea





Ze klopte haastig op de deur


Die edelmeesteresse zij kwam zelve veur


'k weet niemand anders als God en gij


kom binnen vriendinne en eet met mij, kom binnen vriendinne en eet met mij





maar als de maaltijd was gedaan


is Dorothea haastig opgestaan


en dankte de heer met een zeer groot feest


en toen gaf Dorothea haren blijde geest, en toen gaf Dorothea haren blijde geest


Ooh Dorothea





De klokken luiden klein en groot


En niemand die iets wist van Dorothea's dood


Ze liepen van verre van bij en naar


Om Gods mirakel te zien voorwaar, om Gods mirakel te zien voorwaar ...


Ooh Dorothea