Waard, kom breng die kan alhier en doe onze pullen nog eens vol,
Waard, kom breng ons 't vochtvertier en lever ons een grap en grol!
Want wij willen zuipen, drinken, want wij willen beschonken zijn,
Want wij willen vreten, schrokken - wij zijn de Orde van het Zwijn!
We bulderen en lachen, het wambuis dat puilt uit van 't vet
We rollen onder tafel, geen vrome ziel die het hier redt!
We zijn doornen in 't oog der schone heren van de kerk
Dat kan ons geen reet schelen, we zeiken tegen hun grafzerk!
Muziek weergalmt al in 't gelag met zware rook tegen 't plafond,
Hij die draagt het grootst gezag heeft immer ook de volste mond!
't Gepeupel is al gaan slapen en de maan is al gerezen,
Maar wij weigeren te gapen voor onze lever is genezen!
Onze religie is drank en vreugd, wij grinniken met de nonnenkap
Al wentelend in ondeugd verkopen wij 't leven een trap
Morele regels ondergekotst en er is weer plaats voor meer
Godsdienst, moraal, tucht en zeden - 't Zwijn spuwt er op neer
Onze messias is diegene die ons den drank schenkt
We kruisigen hem zondaarsgewijs als hij die met water aanlengt
Want wij willen zuipen, drinken, want wij willen beschonken zijn,
Want wij willen vreten, schrokken - wij zijn de Orde van het Zwijn!