Suzanne

Frank Boeijen

Suzanne neemt mee mee


Naar een bank aan het water


Duizend schepen gaan voorbij


En toch word het maar niet later


En je weet dat ze gek is


Want daarom zit je naast haar


En ze geeft je pepermuntjes


Want ze geeft je graag iets tastbaars


En net als je haar wilt zeggen


Ik kan jou geen liefde geven


Komt heel de stad tot leven


En hoor je meeuwen schreeuwen


Je hebt steeds van haar gehouden


En je wilt wel met haar mee gaan


Samen naar de overkant


En je moet haar wel vertrouwen


Want zij houd al jou gedachten in haar hand





En Jezus was een visser


Die 't water zo vertrouwde


Dat hij zomaar over zee liep


Omdat hij had leren houden


Van de golven en de branding


Waarin niemand kan verdrinken


Hij zei "Als men blijft geloven,


kan de zwaarste steen niet zinken."


Maar de hemel ging pas open


Toen zijn lichaam was gebroken


En hoe hij heeft geleden


Weet alleen die visser


aan het kruis...


En je wilt wel met hem mee gaan


Samen naar de overkant


En je moet hem wel vertrouwen


Want hij houd al jou gedachten in zijn hand





Suzanne neemt mee mee


Naar een bank aan het water


Je onthoud waar ze naar kijkt


Als herrinering voor later


En het zonlicht lijkt wel honing


Waaraan kinderen zich tegoed doen


En het grasveld ligt bezaaid


Met wat de mensen zoal weg doen


In de goot liggen de helden


Met ene glimlach om hun lippen


En de meeuwen in de lucht


Lijken net verdwaalde stippen


Als Suzanne je lachend aankijkt


En je wilt wel met haar mee gaan


Samen naar de overkant


En je moet haar wel vertrouwen


Want zij houd al jou gedachten in haar hand